Beste Italiaanse vrienden, beste Nederlandse vrienden, beste internationale vrienden
Eind maart leg ik officieel mijn functie als Ambassadeur van Italië bij het Koninkrijk der Nederlanden en Permanent Vertegenwoordiger bij de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPAC) neer in verband met het voltooien van mijn ambtstermijn.
Ik ben in november 2020, samen met mijn vrouw Biancamaria, in Den Haag aangekomen en heb hier meer dan vier zeer intensieve, uitdagende en lonende jaren doorgebracht. Ik heb Italië geleidelijk aan zien groeien in waardering en achting, ook hier in Nederland, en steeds meer gewicht zien krijgen binnen de vele internationale organisaties die hier gevestigd zijn.
Ik heb een dagelijks toenemende overeenstemming geconstateerd tussen Italianen, Nederlanders en buitenlanders, verenigd in een oprechte zoektocht naar vooruitgang op alle gebieden, van de meest traditionele tot de meest moderne.
Ik wil u bedanken. Allemaal.
Ik wil de Italiaanse en Nederlandse institutionele en politieke autoriteiten bedanken. Dankzij hen hebben er de afgelopen jaren, onder andere, twee zeer gedenkwaardige gebeurtenissen plaatsgevonden: het staatsbezoek van de President van de Republiek Italië Sergio Mattarella in november 2022 aan vier Nederlandse steden; en, in mei 2023, de Van Wittel-Vanvitellitafel in Rotterdam, mede voorgezeten door de Italiaanse vice-Premier en minister van Buitenlandse Zaken Antonio Tajani, op wiens aandringen dit evenement ook een economische en ondernemersdimensie kreeg.
Ik heb dag in dag uit kunnen zien hoe de rol van Italië binnen de internationale organisaties is toegenomen, in het bijzonder in mijn rol als vice-voorzitter van de Uitvoerende Raad van de OPCW, als lid van het ICC-bureau, als lid van de Raad van Bestuur van het Permanent Hof van Arbitrage en als co-agent van de Italiaanse regering voor het Internationaal Gerechtshof. Ook heb ik daarbij voortdurend de uitmuntendheid kunnen verifiëren van het Italiaanse personeel dat werkzaam is bij deze en vele andere internationale organisaties, variërend van ruimtevaart tot medicijnen en van juridische tot politiesamenwerking.
Ik wil mijn Nederlandse, Italiaanse en internationale vrienden bedanken, binnen de vele brede sectoren waarin ik met hen contact had: overheid, politie, universiteiten, onderzoekscentra, beroepsverenigingen, individuele bedrijven, kunstenaars, schrijvers, politicologen, militairen, juristen en vrijwilligersorganisaties.
Ik wil de Italiaanse gemeenschap in Nederland bedanken, die het imago van ons land in Nederland, Europa en de wereld op een uitstekende manier vertegenwoordigt (en dat ook zal blijven doen). Met trots heb ik president Mattarella kunnen laten zien dat onze landgenoten op excellente wijze vertegenwoordigd zijn in alle sectoren: van de meer traditionele sectoren die op een steeds modernere wijze worden geduid, tot de meer innovatieve sectoren waarin we onze aloude kennis behouden.
Een speciaal woord van dank aan de wereld van Italiaanse en Nederlandse vrijwilligers, die dicht bij hulpbehoevende mensen staan, met speciale aandacht voor gehandicapten.
Een woord van dank ook aan de verschillende organisaties die mij in hun gelederen hebben willen opnemen en mij belangrijke blijken van erkenning gaven. Zo ben ik nu ere-lid van de Accademia della Cucina italiana, de Sociëteit De Witte, de SPQR-tafel, de Cavalieri del Tartufo, de Associazione dei Cavalieri d’Italia, het ondersteuningscomité van het Thermenmuseum Heerlen, en ben ik mede-beschermheer van de America Europe Friendship Association (AEFA) en honorary executive fellow van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Ook blijf ik ere-beschermheer van de in Rotterdam gevestigde Wereld-Esperantovereniging.
Hierbij feliciteer ik ook nogmaals de onlangs benoemde Ridders in de Orde van de Ster van Italië, aan wie ik persoonlijk de onderscheidingstekens en de door de President van de Republiek en de Minister van Buitenlandse Zaken ondertekende oorkondes heb mogen overhandigen. Onze institutionele en politieke leiders hebben, op mijn initiatief, hun uitmuntendheid op verschillende gebieden willen belonen zoals ik die gedurende mijn lange ambtstermijn heb kunnen constateren.
Een heel speciaal woord van dank aan mijn collega’s van de Italiaanse ambassade in Den Haag en het Italiaans Cultureel Instituut in Amsterdam, zowel degenen die daar nog werkzaam zijn als degenen die, na beëindiging van hun termijn, naar Italië zijn teruggekeerd of naar andere posten zijn vertrokken. We hebben ons dag in dag uit ingezet voor een opdracht die niet gemakkelijk was, met een tekort aan middelen en personeel, maar het heeft ons nooit ontbroken aan vasthoudendheid, creativiteit en de wil om elke dag goed te doen. De blijken van waardering en lof van zovelen zijn, denk ik, de beste erkenning van jullie professionele en menselijke kwaliteiten.
Zodra ik binnenkort terug ben in Rome zal ik me gaan bezighouden met juridische kwesties, waarbij ik de ervaring bij de verschillende in Den Haag gevestigde internationale gerechtshoven zal voortzetten. Het zal een manier zijn om in contact te blijven met dit prachtige land, met deze dynamische internationale organisaties en met de vele vrienden die ik hier heb gemaakt.
Ik groet ieder van u met grote achting en genegenheid.
Giorgio Novello
LINK voor de Engelse versie.
